Hoorn des overvloeds
Door John van der Veer, HVT 4, april 2020
Gepresenteerd op de ISE en nu al in HVT: de HDI-reeks uit de Synthesis luidsprekerlijn van JBL. De nieuwe serie bestaat uit vijf modellen, waaronder twee vloerstaanders. We testen de HDI-3600, niet de grootste van het stel maar wel zeer aantrekkelijk geprijsd. Centraal staan de opvallende hoorn en de plaatsing in het geluidsbeeld. Afstraling, is het kernwoord.
Dit is de tweede keer dat ik een luidspreker van JBL mag bespreken voor HVT en ook nu bekruipt een déjà vu. Bij de L100 een duidelijke oorzaak – het model is na bijna een halve eeuw weer uitgebracht – maar de Synthesis HDI is toch echt een nieuwe lijn van JBL. Komt het door de hoorn, of is toch iets anders dat de sound zo ‘JBL’ maakt? Het déjà vu wordt ongetwijfeld gevoed door de historie van het merk. We schrijven 1944 als John Kenneth Hilliard en James Bullough Lansing de A-4 op de markt brengen. Deze luidspreker, ontworpen voor de bioscoop, krijgt al snel de bijnaam ‘Voice of the Theatre’. Naar aanleiding van het succes van de A-4 wordt twee jaar later een bedrijf opgericht. John K. Hilliard verdwijnt uit beeld, maar zijn partner wordt de naamgever van James B. Lansing Sound, kortweg JBL. In 1954 introduceert het merk de 375 ‘high-frequency compression driver’, 4” dan nog. Ons testmodel heeft anno 2020 de 2410H-2 1” (25mm) compressie driver. We zijn inmiddels 66 jaar verder; JBL schrijft een lange geschiedenis met deze techniek. In 1962 produceert JBL de eerste twee-weg studio monitor waarin deze driver met een ‘acoustic lens’ zit. De hoorn in de kast is iconisch geworden. In 1969 wordt JBL overgenomen door Harman International. De weg ligt open, ook buiten de VS, dankzij de distributiekanalen van Harman.
Rock
In de jaren ‘70 bevestigt JBL haar naam in de opnamewereld. In 1973 ziet de eerste van de 4300-serie het daglicht, met als primeur de allereerste 4-weg studiomonitor. De opmars gaat zo snel dat JBL al in 1976 de status bereikt van nummer één monitor in de Amerikaanse muziekindustrie. En de ontwikkelingen staan niet stil. In 1982 past JBL voor het eerst titanium toe als diafragmamateriaal voor de compressie drivers. Ook in de bioscoop blijft het merk in beweging, met de komst van de 4675 direct-radiator, een nieuwe standaard voor luidsprekers in het theater. Inmiddels zet J. van der Veer jr. zijn eerste schuchtere schreden in de Nederlandse muziekwereld en komt JBL overal tegen, als 12” luidspreker in Fender gitaarversterkers en in zo ongeveer iedere studio. De JBL 4310 is midden jaren 80 dè standaard, en blijft favoriet tot ver in de jaren negentig. Daar zijn veel redenen voor. Een belangrijke is de populariteit van de vele varianten op rock die vanaf de jaren zestig tot het eind van het vorige millennium de dienst uitmaken. Vrijwel alle hits worden gedomineerd door scheurende gitaren, vette bas en zware drums. Rock? Ja, maar ook de Eagles, Beatles, Pink Floyd, Queen. En die vette sound laat zich prachtig opnemen, mixen en masteren met de 4310. Dat ging destijds zelfs zo ver dat een (hard)rock band en de ingehuurde producer nooit een studio boekten zonder de 4310, of een variant in de 4000-serie.
Wil je de rest van het artikel lezen? Koop dan HVT of download onze kiosk voor Android of iOS