Recensie

PrimaLuna EVO 200-p en EVO 200-a

Baas in eigen buis

Door John van der Veer, HVT 5, mei 2020

Voor wie het merk (nog) niet kent: de buizenversterkers van PrimaLuna zijn producten van Nederlandse bodem. Het woord ‘buizen’ associeert de audiofiel al rap met ‘onbetaalbaar’, maar dat is bij PrimaLuna bepaald niet het geval. We testten de EVO 200-p voorversterker en de EVO 200-a eindversterker. Over topklasse binnen handbereik en de dynamische weelde van weldadige warmte.


In ons land is de distributie van PrimaLuna onlangs overgegaan naar More Music, maar de geschiedenis van het merk is van veel langere duur. PrimaLuna werd in 2003 geïntroduceerd door Herman van den Dungen, een voortvarende, kleurrijke figuur in high-end audio. Het ontwerp van de producten is een Nederlandse aangelegenheid. De fabricage geschiedt in China onder Europees toezicht, de service voor de clientèle is weer in Nederlandse handen. PrimaLuna voert een gevarieerd palet in het programma met één gemeenschappelijke noemer: de buis. Op de componenten van de producten is niet bezuinigd. Integendeel, in dit verhaal komen wat technische aspecten terloops ter sprake (voor een uitgebreide technische achtergrond van de producten en een compleet overzicht van het aanbod van PrimLuna verwijs ik naar www.moremusic.nl) en daaruit blijkt wel, zelfs voor een welwillend amateur als ondergetekende, dat PrimaLuna de hoogste eisen stelt aan constructie en onderdelen. Dat de verkoopprijs desondanks binnen de perken blijft heeft alles te maken met deze productielijn en het streven van het bedrijf om het aanbod voor een zo breed mogelijk publiek toegankelijk te maken én te behouden. De ‘Evo’ lijn van PrimaLuna omvat een D/A converter, geïntegreerde versterkers en gescheiden voor- en eindtrappen, alle met de gloed van buizen als warm en stralend middelpunt van de al even warme belangstelling. De versterkers zijn leverbaar in vier verschillende modellijnen, aangeduid met 100, 200, 300 en 400. De toevoeging ‘i’ bij de geïntegreerde versterkers staat uiteraard voor ‘integrated’. Olaf van Wijk van More Music trakteerde me, op het hoogtepunt van de coronacrisis (“Hé John, kan eindelijk bij je voor de deur parkeren, waar zijn al die toeristen gebleven?”), op de EVO 200-p voorversterker en de EVO 200-a eindversterker. Twee dozen voor twee dragers, alle gelegenheid om de voorgeschreven afstand strikt in acht te nemen.

EL34

Dit verhaal heeft twee kanten. Enerzijds zullen kenners en liefhebbers van buizentechnologie in de hifi nieuwsgierig zijn naar een aantal – overigens zeer belangrijke – technische aspecten van beide apparaten, zowel de componenten als de toegepaste technieken, en de consequenties voor het geluidsbeeld. Anderzijds zullen er hifi-aficionado’s zijn die het fenomeen überhaupt niet kennen en zich afvragen waar al dat gedoe eigenlijk goed voor is, zeker in de huidige tijd van nieuwe schakeltechnieken en het feit dat betaalbare Klasse-D tot steeds betere resultaten leidt. Zeg nou zelf, HVT staat er bol van. Ik behoor een beetje tot beide categorieën. Heb ervaring – zij het beperkt – met buizen in hifi, maar ben opgegroeid met tubes in pre-amps voor microfoons, compressors, equalizers, et cetera, en gitaarversterkers die er van begin tot eind tjokvol mee zitten. Geen ‘amp’ wordt door gitaristen serieus genomen als er geen buizen zijn toepast. Dat geldt ook voor de gedigitaliseerde versies; Kemper, DigiDesign en Fractal Audio zijn drie merken waarmee je de sound van versterkers, onder meer van het eigen arsenaal, kunt digitaliseren. En altijd ligt er een buizenversterker aan ten grondslag. En dus wordt er gefilosofeerd over 6L6 eindbuizen, EL34, EL84, of KT88, 120, 150. ECC83 en 12AX7 zijn termen die over de tong gaan als het om voorversterking gaat, evenals ‘point to point’, ‘rectified’, ‘matched’ en noem al die esoterische bewoordingen maar op. Voor de liefhebbers: point to point wiring is op beide EVO’s van toepassing. Het signaal van dure interlinks wordt dus niet teniet gedaan door printplaten met koperen banen ‘so thin you can hardly see them’, aldus de badinerende manual. In de EVO 200-a zijn vier EL34 power tubes toegepast, matched as matched can be. De eindtrap is bovendien compatible met KT150.

Wil je de rest van het artikel lezen? Koop dan HVT of download onze kiosk voor Android of iOS